Caresheet Ctenosaura flavidorsalis

 

 

Cites:

Geen cites

 

Land van herkomst:

De Ctenosaura flavidorsalis leeft in meerdere geïsoleerde populaties. Zo zitten er populaties in het Oosten van Guatemala to het Oosten van El Salvador en Zuid-Westen van Honduras. In Honduras zitten ze ook in de Comayagua-Becken in het Zuidelijke deel van Honduras.

 

Omschrijving:

C. flavidorsalis is een over het algemeen niet zo'n rustige soort, dat dus ook niet snel handtam zal worden.

 

Herkenning:

De Ctenosaura flavidorsalis heeft als hoofdkleur meestal een lichte grijsbruine kleur. De rug en bovenkant van de staart is vaak geelsig gekleurd. De rugkam van de C. flavidorsalis is zowel bij de mannetjes als bij de vrouwtjes bijna niet te zien. Deze hebben een maximale lengten van 1,2mm. De eerste rugstekeltjes en de keel zijn meestal oranje gekleurd. Bij mannetjes zijn de gele en oranje kleur het beste te zien. Vrouwtjes hebben een meer licht grijsbruine kleur. Jonge dieren hebben op hun rug een groene kleur.

 

 

Lengte:

De C. flavidorsalis bereikt een totale lengte van 320mm waarvan 170mm KRL bij de mannetjes. Vrouwtjes blijven iets kleiner. De verhouding tussen staart/KRL is 0,65/0,74 .

 

Terrariumgrootte:

80x100x100 (lxdxh) voor een volwassen koppel wordt standaard aangegeven als minimum maat.

 

Biotoop:

De C. flavidorsalis leeft vaak in rotswanden met genoeg holen of in boomstammen met holen. Jonge exemplaren willen nog wel eens in op de grond leven. Zorg dus voor voldoende klimgelegenheden en schuilmogelijkheden. Bij het vluchten maken ze het liefst gebruikt van holen in de boomstammen (op 2 tot 15 meter hoogte in de natuur).

 

Temperatuur/Luchtvochtigheid:

De temperatuur wisselt tussen dag en nacht erg veel af. Overdag ligt de temperatuur tussen de 30°C en de 35°C. 's Nachts daalt de temperatuur tot 15°C á  20°C.

De neerslag wisselt per maand ook erg af. Vanaf mei tot en met oktober valt er veel regen. In de rest van de maanden is het redelijk droog.

 

Voeding:

C. flavidorsalis eet zowel levend voer als (blad)groente en fruit. Zo kun je ze krekels, meelwormen en dergelijke geven, maar ook paardebloemen en -blad (geen stengels, deze zijn licht giftig), stukjes appel, wortel, mandarijn, komkommer, andijvie, paksoy etc. Het is raadzaam om overwegend bladgroente en fruit te geven. Hier zitten meer voedingsstoffen in dan in bijvoorbeeld meelwormen. Geef meelwormen daarom nooit als hoofd dieet (wat vele mensen toch doen)

 

Geslachtsonderscheid:

In tegenstelling tot de meeste Ctenosaura soorten heeft de mannelijke flavidorsalis geen grotere rugkam dan de vrouwtjes. Het verschil is vooral te zien door de femoraalporiën bij de mannetjes en door de 'zwellingen' aan de onderkant bij de staartbasis. Mannetjes hebben meerdere zwarte banden over hun lichaam lopen, vrouwtjes hebben bijna geen zwarte banden.

 

Paargedrag:

De Ctenosaura flavidorsalis legt 6-13 eieren per legsel. Deze worden rond de maanden Februari en Maart gelegd. De eieren worden gelegd in holle stammen of in een aangeboden legkist gelegd.

Top

Met dank aan: Willem Classens